Een titel is
een benaming waaronder iemand een functie vervult en waarmee tevens een
maatschappelijke positie of waardigheid wordt aangeduid. Wanneer we spreken over
titels binnen het Sanātan Dharm, dan vertolken zijn ook de spirituele positie
van de drager. Ze geven blijk van geestelijke kennis, wijsheid, autoriteit en
realisatie. Een leerling die zichzelf meester heeft gemaakt in een (Vedische)
tak van wetenschap kan door zijn leraar de titel “Pandit” (Pt.) verkrijgen. We
zien deze titel in meerdere takken van Vedische educatie terug, bijvoorbeeld in
de astrologie, Indiase klassieke muziek, dans etc. Los van deze (onbeschermde)
titel kennen we uit de huidige praktijk ook vele andere titels.
Enkele
voorbeelden van titels en/of voorvoegsels zijn:
- Śrī
respectgevende titulatuur;
- Ācārya
leermeester;
-
Gītācārya leermeester van de Bhagavad Gītā;
- Rāmayanī
geleerde van het Rāmāyan-epos;
-
Karmkāndi beoefenaar van Karmkānd of een Vedische ritualist;
-
Mandaleśvar een geleerde heilige die op regionaal gebied
spirituele taken volbrengt;
-
Mahāmandaleśvar een geleerde heilige die op internationaal gebied
spirituele taken volbrengt, te
vergelijken met een kardinaal;
- Svāmī
meester over de zintuigen, een rang binnen de orde van
monniken;
-
Parivrājakācārya een geleerde heilige die wereldwijd reist om te
prediken, een rang binnen de
monnikenorde;
- Gosvāmī meester over zintuigen,
hoeder van de koeien; titel van geleerdheid binnen Vaishnavisme;
- Śāstrī
schriftgeleerde binnen een bepaalde Vedische tak van
wetenschap;
- Purohit
regionaal raadsman;
-
Paramhans hoogste graad in de orde van
monniken;
- Mahātmā grote ziel, een heilige
die zich onbaatzuchtig inzet en grote resultaten boekt of geboekt heeft;
- Sant hij die de waarheid
kent en gerealiseerd heeft, vaak gegeven aan Indiase dichters;
- Avadhūta een verloste ziel die
leven na leven terugkeert op aarde in het belang van andere wezens;
- Bhagavān
degene die alle fortuinlijkheden bezit;
- Maharāj
grote koning;
- Pūjya
geëerde;
-
Parampūjya zeer geëerde;
- Jī
eerbiedigende betiteling achter de naam,
bijvoorbeeld “Pandit-Jī”.
Een
bijzondere categorie van titulatuur die nadere uitleg vereist:
-
Rishi (in de Nirukta - Vedische etymologie - vertelt Yāskācārya:
"Rishayo mantra drishtārah". Een Rishi is een ziener, die in de hoogste staat
van Yoga (asampragyāt samādhi) mantra’s realiseert vanuit de oneindige ruimte).
We kunnen
vervolgens de volgende categorieën herleiden:
-
Mahārishi;
- Paramarishi;
- Rājarishi;
- Devarishi;
- Brahmarishi.
|