De metselmoorden hadden mogelijk voorkomen kunnen worden
als het Openbaar Ministerie (OM) eerder had ingegrepen. Dat zei raadsman Frank
van Ardenne dinsdag tijdens de inhoudelijke behandeling van de zaak. Hij is
advocaat van een van de hoofdverdachten van de moorden die zich in 2004 in Den
Haag afspeelden.
Uit rapporten van de Criminele Inlichtingen Eenheid blijkt
dat een van de twee slachtoffers, Rob Mahabier, mogelijk deel uitmaakte van een
criminele organisatie die zich bezighield met cocaïnehandel. ,,Misschien speelt
er een hoger belang en is dat de reden waarom de twee slachtoffers nooit zijn
aangehouden'', aldus Van Ardenne.
Rob Mahabier en Jeroen Dekkers werden op 12 augustus 2004
in de Haagse Cartesiusstraat om het leven gebracht. De politie vond beide lijken
ingemetseld in een ruimte achter het toilet van een woning in de Wolmaransstraat
in Den Haag.
De 37-jarige Soenil Debi zegt de moorden alleen en uit
noodweer te hebben gepleegd. Het OM denkt dat de moord gepland was, waarbij
onder meer de 60-jarige vader van Soenil, de cliënt van Van Ardenne, een rol
speelde. Vader en zoon verklaarden dat Mahabier en Dekkers een andere verdachte,
Aniel Debi, hebben ontvoerd en afgeperst. Daar deden ze ook aangifte van. Aniel,
broer van Soenil, vluchtte na de moorden naar India, waar hij werd aangehouden
en wacht op zijn uitlevering.
Van Ardenne wil de leider van het onderzoeksteam naar de
moorden nader aan de tand voelen. Hij wil boven tafel krijgen of in de periode
voorafgaand aan de moord op Mahabier een ander onderzoek liep, waardoor een
mogelijke aanhouding naar aanleiding van de aangifte van de familie Debi door
het OM werd uitgesteld. ,,Dat is misschien de reden dat een politieagent aan de
bel heeft getrokken en naar de pers heeft gelekt. Misschien dat een agent na de
moorden last kreeg van gewetenswroeging.''
De vermoedens van Van Ardenne worden bevestigd door een
artikel in Nieuwe Revu, waarin anonieme politiebronnen worden aangehaald. De
journalist, Simon Vuyk, houdt die bronnen anoniem maar wordt daarover woensdag
gehoord. De officier van justitie zei dinsdag dat er inderdaad
telefoongesprekken van Mahabier zijn afgeluisterd, maar dat het onduidelijk was
dat het om Mahabier ging. Pas vijf dagen na de moorden werd hij geïdentificeerd.
De rechter bepaalt woensdag of Van Ardenne de onderzoeksleider mag verhoren over
eventuele onderzoeken naar Mahabier.
|